Op dinsdag 12 maart zijn vier van de vijf moties aangenomen die tijdens het tweeminutendebat over de Woo op 5 maart waren ingediend, in vervolg op het commissiedebat van 15 februari.

Enkele moties raken aan punten waarover het Adviescollege heeft geadviseerd, onder meer in het position paper ‘Openbaarheid is een werkwoord’  voor het nieuwe kabinet.

Nationaal coördinator

Eén van de adviezen uit het position paper was: benoem een nationaal coördinator. Deze persoon moet onder politieke verantwoordelijkheid van de bewindspersonen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) de regie nemen over een betere uitvoering van de Woo en verbetering van de informatiehuishouding bij de overheid.

Kamerleden Palmen (NSC) en Chakor (GL-PvdA) dienden een motie (nr 87) in met dezelfde strekking. De staatssecretaris gaf in het debat aan dat zij hier goed naar wil kijken. Ze benadrukte dat het niet gaat om de naam van het beestje, maar om de bevoegdheden om tot overheidsbrede afspraken te komen. 

De staatssecretaris gaf aan hierop terug te komen in de kabinetsreactie op adviezen over de functie van regeringscommissaris voor informatiehuishouding. Met instemming van het lid Chakor is de motie daarom vooralsnog aangehouden en is er dus nog niet over gestemd. Wordt vervolgd…

Samenwerking met Woo-verzoekers

Een ander advies uit het position paper is om beter samen te werken met Woo-verzoekers. Dat betekent: zorg voor snel en open overleg, zorg voor helderheid over het proces (door hiervoor een openbare leidraad te hanteren), en maak omvangrijke verzoeken hanteerbaar in overleg met de verzoeker. 

Dit advies vond weerklank in een motie van het Lid Palmen en het Lid Chakor samen (nr. 88). Voor beide moties heeft de staatssecretaris het aan de Kamer gelaten om hierover een oordeel te vellen, maar uit haar appreciatie valt af te leiden dat zij de gedachten hierachter onderschrijft.

De Kamer heeft de motie met brede steun aangenomen. Dat betekent dat het nu aan de regering is om te onderzoeken hoe overleg met Woo-verzoekers kan worden bevorderd. Het Adviescollege komt binnenkort op dit onderwerp terug in zijn advies naar aanleiding van de invoeringstoets voor de Woo. 

'Open tenzij'

Het Adviescollege heeft in het position paper ook aangedrongen op spaarzame toepassing van de uitzonderingsgronden van de Woo. 'Open, tenzij' moet de norm zijn en bijvoorbeeld een categorische weigering van concepten past daar niet bij. 

Het lid Sneller (nr. 89) diende een motie in die de de staatssecretaris opriep om de rijksbrede instructie voor het behandelen van Woo-verzoeken op dit punt ‘in overeenstemming te brengen met de wet en de jurisprudentie’. De staatssecretaris heeft in het commissiedebat aangegeven dat zij dit zal doen maar dat zij hiervoor langer nodig heeft dan de zes weken die de motie noemt.

Een totaaloverzicht van de moties:

Motie 32802-85 - Palmen
Motie over vanaf 2024 minimaal de helft van de Woo-verzoeken binnen de termijn af te handelen. 

Aangenomen

Motie 32802-86 - Palmen
Motie over onderzoek naar aanpassingen die leiden tot het sneller, actief en meer geautomatiseerd openbaar maken van overheidsinformatie

Aangenomen

Motie 32802-87 - Chakor en Palmen
Motie over het aanstellen van een nationaal coördinator voor de versterking van de openbaarheid en de informatiehuishouding van de overheid

Aangehouden dus niet over gestemd

Motie 32802-88 - Chakor en Palmen
Motie over overleg met indiener bij omvangrijke Woo-verzoeken

Aangenomen

Motie 32802-89 - Sneller c.s.
Motie over de Woo overeenkomstig de wet en de jurisprudentie uitvoeren.

Aangenomen (Het lid Sneller (D66) heeft ingestemd met ‘uitstel’.)